Balkenbrij…

26 maart 2007 020
Ellen ging werken en ik was uitgenodigd op de “bezuinigingsbijeenkomst” van mijn broodheer. En bezuinigd moet er worden: 1,2 miljoen dit jaar en structureel 8 ton voor de volgende jaren.
Ik ben niet gaan luisteren, de uitkomsten stonden me bij voorbaat niet aan en ik heb er verder geen enkele onvloed op. Ik raak er sjagerijnig van en gedeprimeerd, kwestie van onmacht.
Ik verbracht mijn middag dan maar met “De Encyclopedie van de Domheid” van Matthijs van Boxtel.
Ik ga die man een brief schrijven met de vraag of hij in een volgende editie een lemma in kan voegen over mijn broodheer.

Het eten dan maar:
Het seizoen is bijna voorbij en ik had het deze winter nog niet gegeten.
Want balkenbrij hoort bij de winter, hoort bij de slacht. Ik koop mijn balkenbrij bij slager Snijders, daar wodt-ie nog thuis gemaakt. (Slager Welten heeft overigens een mooie fabrieksvariant, daarin verwerkt men bloed.)

Van oudsher was balkenbrij zo ongeveer het laatste van de te verwerken resten bij de slacht. Er gaat bouillon in (uit de worstkeuken), wat spek (tegenwoordig al maar minder), eventueel nog wat vleesresten en de brij wordt op sterkte gebracht met boekweitmeel. Gekruid wordt er met rommelkruid (zoethout, anijs, kaneel, gember en sandelhout). Verder laurier en nootmuskaat.

Het woord bomballie als benaming voor balkenbrij hoor ik nooit meer. Ik ken het uit mijn jeugd, mijn vader noemde het zo. Balkenbrij laat zich etymologisch nog verklaren. Balk is buik, en daar komt een deel van de inhoud van de brij vandaan. Maar bomballie?

Ik bakte de schijven in boter in de koekenpan tot ze knapperig waren en at ze met een flinke klont Perenstroop.

© paul

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *