Koel helder water…

vakantie zomer 2013 Asquins

Ik weet niet hoe het er in hun toeristencentra aantoe gaat, ik kom daar nooit. Maar de gastvrijheid van het Platteland van Frankrijk (Spanje, Italië) blijft me verheugen. Want het bestaat er nog steeds allemaal; de goede keuken, de vriendelijke bediening, de gemoedelijke omgang. En je hoeft er niet naar te zoeken, je struikelt er vanzelf over.

Het voedsel wordt er nog steeds écht bereid, ik heb ook afgelopen zomer weinig pre-fab op mijn bord gezien. En het mogen dan niet altijd hoogstandjes zijn, het is wel eerlijk. De prijs van het gebodene is nagenoeg altijd goed en water en brood zijn voor kosten van de waard. En zo hoort dat ook.

Ik erger me telkens weer wanneer ik in de Horecaf bij ons ten lande bij mijn maaltijd een flesje water moet kopen. (“Prikkels of Plat?”) Niet omwille van het geld, dat maakt me niet zo veel uit. Nee, het is omwille van de krentenwegersmentaliteit, omwille van de ongastvrijheid.

Brood en water, bazale zaken behorend bij een maaltijd, net als bestek en servet. Ze dienen je te worden aangeboden. En dat nu staat me zo aan in die kleine herberg, die bistrot of dat dorpshotel. Ze doen het gewoon, kwestie van gastvrijheid, fatsoen, beschaving.

We aten er echt niet duur, daar in dat dorpsrestaurant in Asquins. Gepocheerde eieren in wijnsaus. Een goed glas Bourgogne erbij, een kaasje en een glas Marc toe. Simpele ambiance, simpele maaltijd, simpele prijs. Maar een fles gekoeld water stond voor aanvang al op tafel, voor ons, de gasten. Met een schaal brood. En zo hoort het.

© paul

* Dit is de bewerking van een artikel van 20 september 2013. Ik heb de reactie’s van destijds niet meegenomen. (Je kunt ze opzoeken…).

De lange weg naar Santiago de Compostella, etappe 23…

vakantie augustus 2006 004

18-04-2014. De etappe ging van Saint-Cyr-les-Colons naar La Jarrie, 30 kilometer.

De dorpjes zijn hier erg oud zegt Ans. En Jan vult aan: wij denken de mensen ook want ge ziet den helen dag geen kiep op straat

Nog afgezien van het feit dat het deze dag ideaal wandelweer was, leek de Pelgrimstocht wel een Route Touristique, zoveel was er te beleven onderweg. Dreigende luchten de hele dag door, nu en dan een druppel, dan weer een zonnetje, maar een stuk frisser en aangenamer dan de voorgaande dag. Laat ik beginnen bij het begin.

Een snel ontbijt na een wat onrustige nacht. Het was voor het eerst dat de reizigers hun woonst moesten delen met anderen. We hebben genoten van het omzagen van een heel sparrenbos schrijft Ans.

Enfin, op pad dan maar, rechtaf op het eerste bezienswaardige doel. Het dorp Cravant (vier huizen en een kerk) is wereldberoemd in Frankrijk, en een beetje in Engeland. Behalve dat er een veldslag plaatsvond ten tijde van de Honderdjarige Oorlog is er een fraai gerestaureerd middeleeuws huis te bezichtigen, Jeanne d’Arc heeft daar nog overnacht. Nou zijn er in Frankrijk 8734 plaatsen te vinden waar de Maagd van Orleans overnachtte, en dat terwijl het arme kind slechts een goede 7000 dagen oud is geworden. Maar afijn, in dit geval zou het best waar kunnen zijn. Een aanmerkelijk deel van de handelingen van de Honderdjarige Oorlog vonden plaats in deze contreien, en Jeanne was een belangrijke speler in het dodelijk spel.

Accolay

En dan liet Ans zich door Jan fotograferen, staande voor een reuzenvaas. Het monument kondigde aan dat de wandelaars het pottenbakkersdorp Accolay betraden. Ook al wereldberoemd, maar in héél kleine kring. (Ik, keramiekliefhebber, wist er van. Hoogtepunt van productie en kunstzinnige vernieuwing waren de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. Daarna zakte het in en wat er tegenwoordig nog wordt geproduceerd is nauwelijks de moeite waard. Maar dat kan zomaar weer veranderen…)

Vervolgens stapten de pelgrims rechtstreeks af op het plaatsje Arcy-sur-Cure. Aan de rand van het dorp lag daar een grofstenen kasteel, het Chateau de Chastenay, in het verleden een etappeplaats voor de Pelgrims naar Compostella. Ook Arcy-sur-Cure was wereldberoemd, en geheel terecht. Vlak bij het Chateau bevonden zich grotten, die in een ver verleden, door volk van een allang uitgestoven cultuur, voorzien waren van wandschilderingen. Abstracte tekens, maar ook waanzinnig knappe afbeeldingen van dieren. De schilderingen zouden de op één na oudste afbeeldingen ter wereld zijn. (Er staat me vaag bij dat die informatie niet meer klopt?!)

Enfin, nog even doorstappen en de wandelaars waren in La Jarrie, een nauwelijks op de kaart terug te vinden stip, twee huizen en een varkenskot…  Maar er kon gebruik worden gemaakt van een tamelijk grote jeugdaccomodatie. Een avondmaaltijd, stapelbedden en géén jeugd. Dus ook geen gesnurk…

© paul

Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.

<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>

 

 

Gegrilde aubergines met saffraansaus

gegrilde aubergines met saffraansaus

Het is prachtig weer buiten, het waait wel flink maar de zon schijnt, het beloven mooie Paasdagen te worden. Voor wie al geen ei meer kan zien dit lekkere vegetarische gerecht; eggplant, whit saffran, nou dat is echt geen ei hoor. Aubergines met saffraansaus. De aubergines worden gegrild en eventueel even nagegaard in de oven. Je zou ze ook op de bbq kunnen klaarmaken. De saus is lekker fris en doet het ook prima bij een stukje gegrild vlees. Je kunt deze aubergines meteen warm opeten, maar je kunt ze bijvoorbeeld ook als onderdeel van een antipasta schotel, koud opdienen.

  • Reken per persoon 1 aubergine, in de lengte in dunne plakken gesneden
  • Olijfolie
  • Voor de saus
  • 1 teentje knoflook uit de knijper
  • een paar saffraandraadjes
  • 2 eetlepels warm water
  • 1/4 liter Griekse yoghurt
  • sap van 1/2 citroen
  • een paar schijfjes citroen, wat munt en wat koriander
  • peper en zout

Wrijf de saffraan met het water in een vijzel tot de draadjes opgelost zijn. Doe de yoghurt in een schaal en giet het saffraanwater erbij. Voeg knoflook en citroensap toe en klopt tot alles mooi gemend is. Proef of er eventueel peper en zout bij moet. Laat de saus zeker een uurtje staan zodat de smaken mooi kunnen mengen.

Kwast de aubergineplakken in met olijfolie en rooster ze kort in een grillpan of tussen een elektrische gril. Leg ze een keer om en om zodat er een mooi ruitje ontstaat. Leg de aubergineplakken dan op een bakblik en gaar ze nog ongeveer 10 minuten in de oven op 180 graden. Je kunt ze ook langzaam grillen op de bbq. Zorg dan wel dat het vuur niet te heet is zodat ze langzaam kunnen garen.

Hak de kruiden fijn en strooi ze op een mooie schaal. Schik daarop de aubergines en lepel wat saus in het midden. Bestrooi de aubergines met wat peper en zeezout en garneer met wat schijfjes citroen

Kopje espresso toe.

© ellen.

 

De lange weg naar Santiago de Compostella, etappe 22…

Bourgondië

17-04-2014. De etappe liep van Vézannes naar Saint-Cyr-les-Colons, ??? kilometer.

We zaten, zoals meestal,  weer aan onze keukentafel met een stapel kaarten en een atlas, pen en papier, een IPad en een IPhone. (En een glas wijn en een borreltje…)

Waar zouden Ans en Jan deze dag op af stiefelen? Ik gokte op Chablis. Ellen evenwel was een andere mening toegedaan: pelgrims kiezen pragmatisch, die hebben helemaal geen tijd om jou culinaire hobby’s te bewandelen. Enfin, tot een weddenschap tussen mijn Wederhelft en ondergetekende kwam het niet, maar mijn hart sprong open toen dan een berichtje van Ans en Jan binnenkwam. Weliswaar was Chablis niet het einddoel van deze dag, daarvoor hadden de wandelaars de dag ervoor té veel kilometers gemaakt. Ze waren uiteindelijk té dicht in de buurt van Chablis beland, en de gewonnen kilometers en tijd niet benutten zou zonde zijn. Maar goed, ze trokken door Chablis en maakten er een afstap. En ze dronken er een Wereldwijn. Misschien wel de beste wijn die ze op hun Lange Tocht zouden tegenkomen. Over die Chabliswijn kom ik nog te vertellen, er kan niet genoeg over gezegd worden. Later lezer, later…

Het ontbijt werd gebruikt op het logeeradres in Vézannes  om vervolgens rond 07.30 uur het Pelgrimspad weer op te zoeken. De tocht ging langs wijngaarden, druivenstokken, wijngaarden en druivenstokken… En was toch niet saai, Ans en Jan genoten van het landschap.

Omdat de wandelaars Chablis al ruim voor het middaguur bereikten, was er tijd om het stadje te verkennen. Een mooi oud Bourgondisch stadje. En al wonen er maar een goede 2000 mensen, het was toch een Wereldwijnstad. Het centrum van het plaatsje zat volgepakt met wijncoöperaties, handelshuizen en kleine neringdoenden in de wijnbranche. En overal vloeide zachtgeel goud…

Om het wat aardser te houden: de Tourist Information had er Wifi, ook welkom! Verder waren er mogelijkheden te over om leeftocht aan te schaffen (brood, groente, conserven) en op het gemak een kop koffie te drinken op een terras.

Na het verlaten van het stadje kwamen de reizigers al snel op een zwaarder gedeelte van het traject. Er moest fors worden geklommen, de temperatuur liep op, het werd heet en nergens was schaduw te bekennen. Toen er ten leste een grote solitaire boom in zicht kwam was het besluit dan ook snel gemaakt. Dit werd de rust- en picknickplaats voor het komend uur. De wandelaars sopten op hun gemak het verse brood in de makreel in tomaten-basilicumsaus. Kauwden eerbiedig op de zachte kaas en namen als beloning nog een toetje toe. (Een toetje? Ja, een toetje…) Lui liggend in de schaduw van die oude boom

Om 16.00 uur kwamen de reizigers aan in Saint-Cyr-les-Colonnes. Het onderkomen voor de avond en de nacht bleek een ruimte te zijn waar 14 mensen konden worden ondergebracht. Nu verbleven er twee medepelgrims en twee dagloners die emplooi hadden gevonden in de wijnbouw. De dagloners bereidden een goed gevulde soep voor het gezelschap.

Bourgondië

Een van de dagloners vertelde dat hij 20 jaar geleden zijn Roemeense moedergrond had verlaten. Hij woonde sinds die tijd in Parijs en had nu een wijnbouwklus aangenomen voor de komende 2 weken.

En zo keuvelde het gezelschap de voornacht in. Met, wat dacht je, een goed glas Chablis…

© paul

Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.

<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>

 

De gekopte paaskip…

paaskip 012

Ik zat aan de keukentafel garnaaltjes te pellen. Ze gingen dienst doen als eiwitrijke aanvulling op de salade van die avond. Ik had ze eigenlijk iets te lang laten liggen. De schokken waren zacht geworden, daarom pelden ze uitermate slecht. En dat kwam mijn humeur niet ten goede.

Vanuit de keukenkast stond ze me aan te grijnzen, of eigenlijk was het meer een verwijtende blik die ze me toewierp. Dit te overjarig chocoladen paaskuiken met die aanmatigende uitdrukking op haar facie. Ik had al meermaals gedreigd om haar te “koppen”, maar dat mocht niet.

Ellen had haar vorige week aangeschaft. De kip zou fungeren als onderwerp voor een nieuwe foto voor deze website. Haar voorkomen zou iets kunnen zeggen over het naderend Paasfeest. Het kwam er alleen even niet van om een plaatje te maken. Te druk, geen goed licht, geen zin…

Gisteren was ik het zat. Ik griste de kip uit de kast en verkocht haar een lel. Ze viel in brokken uit elkaar, maar veel helpen deed het uiteindelijk niet. Ellen schoot aardige plaatjes, dat wel. Maar toen ze de kop van het beest op mijn krantje met garnalenschokken zette was het alsof de verwijten gewoon doorgingen.

“Ja rot-kip, ik weet zelf heus wel dat ik die garnalen té lang in de koeling heb laten liggen, daar hoef jij me niet aan te herinneren…”

Na de foto-sessie heb ik de brokken chocolade samen met het Kind opgepeuzeld. Het was niet écht lekker.

Zojuist kocht ik voor een paar cent bij het Kruidvat drie paashaasjes. Ze zijn ook van chocolade, maar ze hebben een jasje van bedrukt zilverpapier aan. Ik heb ze in de kast gezet op de plaats van de kip. Het ziet er beroerd uit. De Bruinoogjes kijken net zo gemeen, nee gemener. Ze lachen me sardonisch toe. Die zijn geen lang leven beschoren, beslist niet…

© paul

* Dit is een bewerking van een artikel van 25 maart 2009.

De lange weg naar Santiago de Compostella, etappe 21…

image16-04-2014. De etappe liep van Eaux-Puiseaux via Flogny-la-Chapelle naar Vézannes, 32 kilometer.

We zaten tegenover elkaar aan de keukentafel, Ellen en ik. Er kwam plots een stroom van digitale berichtjes binnen, in willekeurige volgorde, de dagen vlogen door elkaar. We hebben er nog een aardig tijdje op zitten puzzelen voordat we alles in de juiste volgorde hadden. En of het nu helemaal klopt betwijfel ik. Maar dat hoor je over een paar maanden wel terug van Ans en Jan…

Een dag eerder moest er fors geklommen worden. Het ontlokte Jan de uitspraak: Santiago moet wel verrekkes hôg ligge… Maar deze dag glooide het landschap weer. Een afwisselende route ook, met koolzaadvelden, graslanden, gehuchtjes en bosgebied. Goede grond daar in Bougogne, maar wanneer het, zoals nu, een tijd niet regende werden de ongeplaveide paden, doortrokken met diepe karrensporen, zo hard als steen. Dat liep niet lekker…

Toch schoot het wel op met de tocht. Om 15.30 uur trokken Ans en Jan Flogny-la-Chapelle binnen. Alweer via een Burgemeester was slaapplaats geregeld. Er was een plaats besproken bij de lokale voetbalclub, de kleedkamer kon worden gebruikt. Een sober onderkomen, maar wél een dak boven het hoofd.

De Burgemeester bleek evenwel in geen velden of wegen te bekennen, het gemeentehuis was gesloten. Het plaatselijk winkelcentrumpje, waar normaal altijd wel iemand kon worden aangesproken, bood ook geen oplossing. Alles gesloten, woensdag was sluitingsdag voor de povere middenstand van Flogny-la-Chapelle.

Een Bar-Tabac had gelukkig z’n deuren niet op slot, daar kon worden gedronken en getelefoneerd. Ans en Jan probeerden een gite te bespreken in de nabije omgeving, want dat met die Burgemeester schoot niet op. Echter, alles in de buurt zat vol. Een van de stamgasten van de Tabac wist echter nog wel een logeerplaats . In Vézannes, een goede 12 kilometer verder.

En zo kon het gebeuren dat de pelgrims weer op pad gingen, het was 17.00 uur. Mondvoorraad werd ingeslagen bij de enige winkel die open was, een slager. Ze kochten er gevulde broodjes en een zak chips…

Het liep tegen 19.30 uur toen de reizigers aankwamen op hun nieuwe bestemming. Een mooie plek en minder vriendelijk volk. En dat in een dorpje dat sinds de Franse revolutie zijn inwonertal zag teruglopen van 245 naar 44 citoyens.

Enfin, een douche en een blikje pils, en een bed…

© paul

Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.

<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>

Ei, ei… ideetje voor Pasen?

5 april 2007 012

Bij Pasen horen eieren, al eeuwen lang. Hoe dat komt?

De terugkeer van het licht in de vroege lente maakt dat de kippen weer eieren gaan leggen en dan bedoel ik wel gewone kippen! Die opgefokte, opgehokte legbatterijkippen leggen altijd, ze moeten wel, lampje erboven en klaar! Als de kippen in hun natuurlijke ritme mogen leven leggen ze tijdens de winter geen eieren, ze beginnen pas weer eieren te leggen als de dagen langer worden en er dus meer licht is. In vroeger tijden, toen de katholieken zich nog streng hielden aan de veertig dagen vasten vóór Pasen, aten ze in die vastenperiode ook geen eieren. De eieren werden opgespaard eventueel geconserveerd tot Pasen dan mocht men weer zoveel eieren eten als mogelijk was.

Als je niet alleen maar van die saaie hardgekookte eieren wilt eten staan er in de categorie eieren vast wel een aantal bruikbare ideeën om de Paastafel op te vrolijken. Neem bijvoorbeeld deze gefrituurde eieren, heel smakelijk en echt eens iets anders.  De eieren in rode wijnsaus beschreef ik deze week al, maar ook een klassiek gepocheerd ei met gerookte zalm is heerlijk bij de Paasbrunch. Of, voor wie chagrijnig van de meubelboulevard thuiskomt, een lekkere kom pittige knoflooksoep met een ei, daar wordt je weer helemaal vrolijk van. En wil je de eieren eens heel origineel verven dan is dit misschien een leuke tip.

  • Gefrituurde eieren:
  • 1 ei per persoon
  • room
  • bloem
  • 1 losgeklopt ei gekruid met peper, zout en wat nootmuskaat
  • paneermeel
  • een frituurpan met olie.

Kook de eieren 3 minuten, ze moeten nog zacht zijn. Laat ze even schrikken en pel ze heel voorzichtig.
Wentel ze eerst door de room,  dan door de bloem,  vervolgens door het losgeklopte ei en tenslotte door het paneermeel. Bak ze dan meteen in de hete olie tot ze rondom bruin zijn.

Laat het ei even op keukenpapier uitlekken en serveer het ei dan op een salade. Snijd vlák voor het opdienen het ei door zodat de nog vloeibare binnenkant mooi te zien is.

En toe, een kopje espresso met een paaseitje!

© ellen.

De lange weg naar Santiago de Compostella, intermezzo…

huis van de burgemeester

Ik kon in de beschrijving van etappe 20 slechts heel kort zijn wat betreft steekhoudende informatie over het doen en laten van Ans en Jan. Intussen heb ik een boel berichtjes van ze binnen gekregen. Dingen die vermeld zouden moeten worden en voor een deel terugslaan op voorgaande dagen, zaken waar Ans en Jan belang aan hechten.  Het is evenwel bezwaarlijk om nu nog in “oude” artikelen te gaan peuteren en voorbije stukjes aan te vullen. Dan raakt op den duur iedereen de weg kwijt, ikzelf ook. Ik besloot om een intermezzo in te lassen, het zal nog wel vaker gebeuren. Zodoende hoef je toch niks te missen.

Dat groene vakwerkhuis behoorde aan het gastgezin in Troyes. Wat een voorrecht om in zo’n monument te mogen logeren. Al helemaal wanneer je in ogenschouw neemt dat het volkje er zeldzaam gastvrij was. Er werd gekookt door de vrouw des huizes, Ans en Jan werden aan tafel genood en er kwam nog een schoonzus (nieuwsgierig?) meeëten. Het gastgezin in Troyes kende de Burgemeester van Eaux-Puiseaux persoonlijk. Ze regelden voor Ans en Jan telefonisch een onderkomen bij hem thuis.

Bij aankomst in Eux-Puiseaux zochten de wandelaar de Burgemeester op in de Mairie, het gemeentehuis. De Burgervader had er echter voorlopig werk te doen en de Burgemeestersvrouw was nog niet thuis, zodat de wandelaars op een rustplaats in het dorp waren aangewezen.. Een winkel was het dorpje niet rijk en het enige terras, behorend bij een kleine herberg, gaf gesloten. Het zou pas weer open gaan tegen etenstijd, althans dat hoopten de pelgrims. Er moest nog leeftocht worden ingeslagen voor de mars van de volgende dag. Restte de wandelaars dan voorlopig slechts de rustplaats die al van vóór de middeleeuwen door duizenden pelgrims werd benut, de kant van de wegpfft pauze

De eerste contacten met de Burgemeester van Eaux-Puiseaux verliepen wat stroef, de man kwam gereserveerd en terughoudend over. Zijn vrouw evenwel toonde zich oprecht gastvrouw en bereidde een eenvoudige, smakelijke en voedzame maaltijd voor vier personen. De gezamelijke maaltijd bracht de tafelgenoten dichter bij elkaar. De Burgemeester bood de wandelaars een inkijkje in het reilen en zeilen van lokale plolitiek op het Franse platteland. Ook in een kleine gemeenschap als Eaux-Puiseaux is de crisis voelbaar. Misschien moet je zeggen juist in een kleine gemeenschap…

Het dorpje had tegenwoordig een goede 250 inwoners. De overheid wilde al jaren af van dit soort kleine zelfstandige bestuurseenheden, maar de bevolking was er nog lang niet aan toe. Dus had een dorpje als Eaux-Puiseaux een zelfstandige gemeenteraad, bestaande uit 11 personen. De Burgemeester was, ondanks zijn 75 jaren, onlangs weer voor 6 jaar herkozen. Hij had het druk met het besturen van het dorp, welks in de praktijk in z’n geheel op hém neerkwam. Gelukkig kon hij dan tegenwoordig gebruik maken van een part-time secretaresse. Een salaris zat er niet in voor hem, bij dit soort dorpjes werd de Burgemeester beloond middels een onkostenvergoeding. Het was een sober bestaan, maar dat gold eigenlijk voor alle inwoners van het dorpje. En zo vorderde de avond en werd de Burgemeester allengs opener in het gesprek.

En ook nu voelde de geboden gastvrijheid als een warm bad. Ans en Jan moesten de volgende ochtend nog even langs het gemeentehuis, de stempel moest nog in het pelgrimspaspoort worden geslagen. De Burgemeester wilde daar evenwel niks van weten. Hij ging zelf wel snel naar het gemeentehuis om stempel en stempelkussen op te halen. Konden de gasten iets langer blijven zitten aan hun kom café-au-lait. De stempelceremonie zou dan even later aan de keukentafel worden afgehandeld.

© paul

Klik bij Catagories (in de rechter kolom), of onder dit artikel op reis naar Santiago voor alle artikelen. En voor het overzichtskaartje van Sas: klik op de link hieronder.

<iframe src=”https://mapsengine.google.com/map/embed?mid=zdjs6EO5tq8A.klZPafK3sUQo” width=”640″ height=”480″></iframe>

 

 

Gepekelde kip, etappe drie: Salade met gepekelde kip en wat er verder over is…

salade met kip

Die gepekelde kip was natuurlijk veel te veel voor ons tweetjes. Wij aten de billetjes en de rest bleef over. Nou vinden wij dat nooit erg, we zijn allebei gek op kip en de resten komen altijd wel op. Etappe twee van de kip waren de vleugeltjes,  ( bij zo’n Zwarte Hoevekip kan je gerust spreken van vleugels) die at ik gisteren bij de lunch. Lekker vers brood erbij en wat zelfgemaakte mayonaise. Ook van die mayonaise bleef wat over…

Etappe drie van de gepekelde kip:

Vandaag plukte Paul de rest van de kip in stukjes. Hond Jaros kreeg zijn deel (velletjes, drelletjes en de stukjes kraakbeen). Ik schilde en kookte de laatste Ratten van de Jongste Bediende en sneed ze in stukjes. Een restje diepvriesdoperwtjes, even gegaard, een paar tomaatjes, een hardgekookt eitje, een rode ui in flinterdunne plakjes, wat bloedzuring, een paar zwarte olijven… Nou ja, restverwerking… Mooi met Pasen, kan je zo prima ook de rest van die hardgekookte eieren in verwerken…

Dressing erover van wat olijfolie, lepeltje mosterd, scheutje wijnazijn, peper en zout.

Mooi knapperig brood erbij en een kopje espresso toe!

© ellen.

Pasen: Kip of Ei, vandaag Gepekelde Kip

gepekelde kip

Onze website was vandaag voor ons even niet werkbaar en er was ook even geen nieuws van de Wandelaars, vandaar! Paul zal vannacht proberen de verdere etappes van de wandelaars te beschrijven. Nog even geduld dus beste lezers. Voor de problemen met de website heb ik goeie hulp aangeroepen en dat lijkt te helpen. Alvast dank Dominique!

Goed, trubbels genoeg, daar zou het hier niet over gaan. Ik zou een paar mooie, smakelijke ideeën voor de Pasen willen geven. Gisteren het recept voor de bijzondere Bourgondische eieren,  vandaag, na die eieren dan maar de kip!

Je kunt een kip grillen, pocheren, braden of stoven… nou ja, alles kan met een kip, míts je een fatsoenlijke kip koopt. Niet goedkoop, een biologische kip of Label Rouge kip, maar voor de Paasdagen mag het best een ietsjemeer zijn toch? In dit recept wordt de kip gepekeld. Het verbeterd de smaak en de kip lijkt er sappiger, malser van te worden. Niet moeilijk, gewoon doen! Wij vonden het resultaat werkelijk heerlijk!

Wij hadden, luxe probleem, plaats nodig in de diepvries, en ik bedacht gisteren dat dan die Zwarte Hoevekip maar gegeten moest worden. Misschien een mooi recept voor de website, voor de Paasdagen. Gewoon grillen of stoven was geen optie. Daarvan staan al zo veel recepten op deze site. Pekelen dus. Het lijkt veel zout maar daar proef je niets van terug, sterker nog, het vlees kon na de bereiding best nog een tikkeltje zout uit de molen verdragen…

Ik volgde zo ongeveer het recept van Sylvia Witteman, gepubliceerd in de Volkskrant en later in haar boek “Koken met Sylvia Witteman; een beginselverklaring”. En zo is het maar net: een beginselverklaring… Beetje meer.., iets andere kip.., beetje minder.., wijn of Marsala… Goed in beginsel…
gepekelde kip
Voor vier of zes personen

  • Een mooie, fatsoenlijke kip van ongeveer 1500 gram
  • 1 citroen in schijven
  • 2 takjes rozemarijn
  • 4 teentjes knoflook, geplet
  • 50 gram boter
  • 125 gram grof zeezout
  • 2 liter koud water
  • wat witte wijn

Los het zout op in het water. Leg een plastic zak in een pan of kom en leg daar de citroen, knoflook, rozemarijn en de kip in. Overgiet de kip met het gezouten water en pers de lucht uit de plasticzak. Bind de zak stevig dicht. Laat de kip zo 4 uur pekelen. Neem de kip uit de pekel, spoel hem goed af en dep hem droog.  Stop de citroenschijven, knoflook en rozemarijn in de kip en voeg er een flinke klont boter bij. Leg de kip met de rugzijde naar boven in een braadslede op een rooster. Kwast wat zachte boter over de rugzijde. Giet een laagje water in de braadslede. Zorg dat de oven voorverwarmt is op 220 graden en braad de kip 30 minuten. Verlaag dan de temperatuur tot 180 graden en braad de kip nog 30 minuten (afhankelijk van gewicht en soort kip, ongeveer dus). Draai dan de kip met de borstkant naar boven, kwast wat boter over de borst en braad nog ongeveer 30 minuten. (tot de kerntemperatuur in de dijen 80 graden is, dan is de kip goed).

Haal de kip uit de oven en laat zeker 10 minuten rusten onder wat alufolie. Maak intussen de saus af; Giet wat witte wijn bij de jus in de braadslede, roer de aanbaksels goed los en laat even inkoken. Een goddelijke saus!

Geef er kleine aardappeltjes bij met verse peterselie en een groene salade.

Kopje espresso toe!

© ellen.