Chinees bordje…

Tijdens het gerommel in het archief kwam ik dit bordje tegen. De foto dateert van oktober 2005, we hebben hem destijds gebruikt als klein icoon in de marge van het oude web-log.

Ach eigenlijk ken je ze wel, deze bordjes. Je ziet ze regelmatig. Ze kosten een paar euro en je kunt ze krijgen in allerhande maten. Van piepklein tot dekschaalformaat.

Dit exemplaar komt uit China, maar ik heb er ook gezien met ongeveer hetzelfde motief, komend uit andere delen van Zuid-Oost Azië.

Het vissenmotief is een klassieker, dat wordt al eeuwenlang zo gebruikt, door de jaren is het nauwelijks veranderd. Bij Bram en Maja staat er zo’n bord te pronken op de kast in de kamer. Dat exemplaar is afkomstig van een VOC schip, vergaan, ergens in de zeventiende eeuw, voor de kust van de Molukken. Ook Chinees. Het is wat zorgvuldiger beschilderd, maar het motief is nagenoeg gelijk. Ook het bord van de foto is met de hand beschilderd. Heel ambachtelijk, bijna kunst. Wanneer ik verschillende bordjes uit onze voorraad naast elkaar leg zie je minieme verschillen, als het ware zie ik het handschrift van de keramist…

(De eetstokjes met de keramische uiteinden komen van de wereldwinkel.)

En dat allemaal voor een paar euro…

Noedelsoep, een beetje Aziatisch, een beetje Ramen…

Het blijft een goede gewoonte om altijd een pannetje bouillon gereed te hebben. Komen er onverwacht gasten, in een handomdraai kun je ze een bord soep voortoveren. Wil je je saus afmaken, de bouillon staat klaar. Een snelle lunch? Je doet wat groenten in je bouillon en klaar is Kees.

Een van mijn favoriete snelle eenmanslunches is deze noedelsoep. Het gaat als volgt:

  • neutrale bouillon (zoveel als je wilt eten),
  • 1 portie gedroogde noedels,
  • handje taugé,
  • 1 lente uitje,
  • 3 schijfjes gebraden varkensfricandeau,
  • platte peterselie,
  • gefermenteerde vissaus (nam pla),
  • kwart vers pepertje.

Blancheer de taugé twee minuten in kokend water, spoel ze daarna onder de koude kraan en laat ze uitlekken. Breng de bouillon in een pannetje aan de kook. Breng die op smaak met de gefermenteerde vissaus en de gesnipperde peperkwart. Doe de noedels in de bouillon, laat die drie minuten doorkoken en haal dan de pan van het vuur. Stort de taugé in de bouillon en ook het gesnipperd lente uitje. Drapeer het vlees op de noedels en maak de soep af met gehakte peterselie. Klaar!

  • Het recept bedacht ikzelf. Het is geïnspireerd (zeg maar afgekeken van…) door de film Tampopo. Eigenlijk is het een verkapt recept voor Ramen, de noedelsoep die je , naar het schijnt, op elke straathoek van elke willekeurige Japanse stad kunt eten.
  • De hoeveelheden van de diverse ingrediënten pas je natuurlijk aan aan je smaak. En aan wat je zoal in huis hebt. Ik maak ook vaak een variant met gefermenteerde zwarte boontjes en leef dan in de illusie dat ik een Chinese soep eet.
  • Met de zegeningen van het pannetje bouillon zal ik je nog vaak lastig vallen lezer!

Gegrilde claresse met tapenade…

Een tapenade is een dikke saus van vooral olijven en appelkappers. Verder kan er vanalles bij, maar die olijven en kappers zijn essentieel. Ellen gebruikte zo’n saus bij de bereiding van haar gegrilde aubergines. Ze houdt de tapenade aan de gove kant, dat bevalt ons wel zo goed… 

Je kunt proberen om heel afgepast te werk te gaan, maar dat lukt lang niet altijd. Een enkele keer kom je saus tekort, veel vaker houd je over, zoals ook nu weer gebeurde. En aangezien weggooien doodzonde is zocht ik naar een mogelijkheid om de tweedehandse saus te hergebruiken. ‘n Combinatie met vis bleek een heel goede.

Ik gebruikte twee claresse filets. Ik bestreek een vuurvaste schaal met wat olijfolie en legde uienringetjes op de bodem. Ik kruidde de filets met peper en zout en drappeerde de tapenade op de vis. Op de uienringen grilde de filets een dik kwartier in een op 200 graden voorverwarmde oven en het gerecht kon op tafel.

  • Oventijd is natuurlijk een beetje afhankelijk van de dikte van de vis.
  • Maak je tapenade dan gebruik je de kapperappeltjes. Dus niet de ontluikende knopjes die doorgaans in zout worden ingelegd, maar de (veel grotere)  uiteindelijke vruchten, die met die steeltjes.
  • Zoals gezegd wordt de basis van een tapenade gevormd door gehakte olijven en gehakte appelkappers. Verder kan er vanalles door, al naar gelang je smaak. Broodkruim vinden wij eigenlijk altijd een must. Denk verder aan knoflook, aan kaas, aan kruiderij of verse pepers. Enfin, laat je fantasie werken en pas de tapenade aan aan je smaak.

Verse jonge kapucijners…

Kapucijners uit blik, wie kent ze niet. Klaargemaakt met spek en spekvet, of opgediend met piccalilly en een gebakken ei. Je hebt er een voedzame maaltijd aan en al met al smaakt het heel behoorlijk.

Maar nu, in de maanden juni en juli, biedt men de verse jonge kapucijners aan. En dat is andere koek… Dat noem je niet lekker, dat heet goddelijk. Zacht en een tikkeltje zoet, maar uiteindelijk een smaak die nergens mee is te vergelijken.

Er waren tijden dat je ze nog nauwelijks zag op de markt, laat staan in de doorsnee groentenzaak. De laatste jaren, we constateerden het al eerder, lijkt het aanbod aanmerkelijk toegenomen. Toen ik zaterdag in zeven haasten over de Helmondmarkt rende zag ik ze in nagenoeg elke groentenkraam liggen. En natuurlijk kocht ik een kilo. Goedkoop zijn ze niet. Voor de goedkoop moet je die uit pot of blik nemen. Maar dan zul je ook nooit de smaaksensatie meemaken die het eten van jonge verse kapucijners veroorzaakt.

Je hebt er even aan te werken, aan een kilo ongedopte peulen. En je vingertoppen kleuren lichtelijk paars. Maar dat dien je maar op de koop toe te nemen.

Ik ben benieuwd wat Ellen er deze keer mee gaat doen (Ik maak ze schoon, Ellen verwerkt ze…) Maar uiteindelijk vind ik ze toch het lekkerst met slechts een scheut spekvet van onbesproken gedrag.